Publicatie:DIM Casestudie Distillatiekolom Cellier-Blumenthal - Jenevermuseum Hasselt
Titel | DIM Casestudie Distillatiekolom Cellier-Blumenthal - Jenevermuseum Hasselt (Voorkeurstitel) |
Locatie | |
Uitgever | |
Jaar van uitgave | 2016 |
Rechten | CC-BY-SA |
Persistent ID |
Deze publicatie maakt deel uit van het cultureel ontwikkelingsgericht erfgoedproject Duiken in de Machine
Omschrijving
De distillatiekolom in het Jenevermuseum is afkomstig uit de stokerij Servais in Malmédy en werd in 1981 door de stad Hasselt aangekocht voor het Jenevermuseum. De distillatiekolom werkt volgens het principe van Cellier-Blumenthal waarbij de aanvoer van het vergiste beslag en de afvoer van de vluchtige stoffen (ruwbrand of flegma) en niet vluchtige stoffen (spoeling of draf) gebeuren op een continue wijze. De continu werkende stookkolom is ook bekend onder de naam la colonne belge. De in Brussel wonende Fransman, Jean-Baptiste Cellier-Blumenthal (1768-1840) nam verschillende patenten op de werking van deze stookkolom.
De distillatiekolom bestaat uit twee koperen kolommen: de distilleerkolom zelf en de kolom waarin de voorverwarmer, de koeler en de verdichter zijn ingebouwd. Het vergiste beslag doorloopt de voorverwarmer en de verdichter en komt opgewarmd juist boven de bovenste bronzen schotel in de distillatiekolom terecht. Het naar beneden stromende, vergiste beslag komt er met de opstijgende stoom in contact waarbij de alcohol en de andere vluchtige componenten met de stoom worden meegenomen. De dampen worden in de verdichter gecondenseerd in tegenstroom met het vergiste beslag. De gecondenseerde damp (flegma of ruwbrand) wordt verder in de koeler afgekoeld met water. Het opgewarmde koelwater stroomt deels terug naar het koelwaterreservoir. Het flegma (30-35% vol alcohol) stroomt verder via het peilglas naar het meetvat. De niet-vluchtige componenten (spoeling) worden onderaan de distilleerkolom afgevoerd en stromen in de voorverwarmer waar ze het vergiste beslag opwarmen. De afgekoelde spoeling gaat via het hevelvat naar het spoelingpompvat. Van hieruit wordt de spoeling met behulp van stoomdruk naar de spoelingbak verdrongen.
Realisatie
CAD-model
Vorig schooljaar hebben leerlingen van het Technisch Instituut Heilig Hart (Hasselt) de distillatiekolom in 3D uitgetekend. Nu zal Duiken in de Machine deze CAD modellen gebruiken om er een publieksvriendelijke animatie mee te maken. Howest Digital Arts & Entertainment zal hierbij meehelpen. Uitwerking van deze casestudie zal van start gaan rond half september 2016.
Augmented Reality applicatie
Voor deze casestudie werd beroep gedaan op de laatstejaarsstudenten van de opleiding Howest-DAE. Een bachelorproef waarbij de uitvoerende student een Augmented Reality applicatie op basis van markers (herkenningspunten aangebracht op de distillatiekolom) moest uitwerken werd uitgeschreven. Het Jenevermuseum was enthousiast over het gebruik van een applicatie die op tablets of smartphones bestuurd kon worden. Student Igor Vermeulen bood zich aan om de klus te klaren.
NURBS naar high poly, naar low poly
Het originele CAD model was uitgetekend in Inventor. Dit wil zeggen dat het een 3D model betrof, opgebouwd uit NURBS vlakken. NURBS, of Non Uniformal Rational Basis Splines zijn wiskundig bepaalde (complexe) curves. Een model opgebouwd op basis van NURBS is een mathematisch correct model dat gebruikt wordt voor productiedoeleinden. Wanneer men met een CAD model een gat of een as representeert, dan kan men ook een diameter meten (de as of het gat zijn werkelijk rond.)
Een low-poly model, of een model bestaande uit weinig polygonen, is een 3D model dat weinig geheugen en rekenkracht van de computer vergt bij manipulatie en visualisatie. Dergelijke 3D modellen zorgen er voor dat de applicatie bestuurd kan worden met een lichte computer zoals een smartphone of tablet. De modellen zijn uitermate geschikt voor visualisatie doeleinden, aangezien men uitgebreide omgevingen kan nabootsen en het fotorealisme van de visualisatie kan beïnvloeden door de instelling van bepaalde parameters bij de uiteindelijke uitvoering van de visualisatie. Wanneer men een cilindervormig object tekent als polygoonmodel, dan kan men eigenlijk niet over een cilinderdiameter spreken, want de cilinder is enkel rond bij benadering. In werkelijkheid zien wie dat het grondvlak van de cilinder een veelhoek is (bvb. 64-hoek) en dat de cilindermantel uit aaneengeschakelde rechthoeken bestaat.
Igor zette het technische 3D CAD model dat het TIHH gemaakt had om naar een low-poly model. Eerst exporteerde hij het Inventor bestand naar een STL-formaat (Stereolithography), waardoor het CAD model nu omschreven werd door vele willekeurige driehoeken (high poly), daarna maakte hij gebruik van software die het teveel aan polygonen reduceerde. Meestal vergt het omzetten van een NURBS model naar een low poly model ook nog wat manueel 'opruimwerk'.